2 december 2020 | Het provinciebestuur van Oost-Vlaanderen legde in de loop der jaren heel wat overstromingsgebieden aan die de Oost-Vlaming tegen wateroverlast beschermen. Het gaat om niet minder dan 32 gebieden verspreid over de provincie, goed voor een totale buffercapaciteit van meer dan 760 000 m³ water. Op het eerste gezicht lijkt het logisch deze gebieden, eens gevuld met overstromingswater, ook in te zetten als waterreserve voor land- en tuinbouwers. De dienst Integraal Waterbeleid onderzoekt nu of en hoe er aan de bestaande overstromingsgebieden ook een spaarfunctie kan gekoppeld worden. Het overstromingsgebied in Kruisem dient als proefproject.
Overstromingsgebieden ook spaarfunctie?
Op het eerste gezicht lijkt het logisch overstromingsgebieden, eens gevuld met overstromingswater, ook in te zetten als waterreserve voor land- en tuinbouwers die in droge periodes dit water bijvoorbeeld als irrigatiewater kunnen gebruiken.
In zomerperiodes komt echter ook regelmatig zware regenval voor. Denk maar aan storm Odette eind september. Het is moeilijk exact te voorspellen waar en hoeveel neerslag er zal vallen, zeker in de kleinere stroomgebieden. Wanneer de overstromingsgebieden op dat moment (deels) gevuld zijn met water, zullen zij hun rol in het verminderen van de wateroverlast niet optimaal kunnen vervullen en dreigt er ernstige waterschade. Overstromingsgebieden worden immers berekend om het stroomgebied waarin ze gelegen zijn te behoeden voor wateroverlast. Als een deel van het gebied reeds vóór de intense neerslag ingenomen is door water, daalt het veiligheidsniveau. Dat is uiteraard niet de bedoeling.
Als we dus gecombineerd wateroverlast willen bestrijden én de waterbeschikbaarheid willen verhogen, moeten we dat op een verstandige manier doen. Het is noodzakelijk dat de bestaande overstromingsgebieden niet inboeten aan buffervolume. Er moet ook opgelet worden dat bij captatie uit het spaargedeelte geen onttrekking van grondwater optreedt.
Onze dienst Integraal Waterbeleid onderzoekt nu of en hoe er aan bestaande overstromingsgebieden een spaarfunctie kan gekoppeld worden en onder welke voorwaarden beide functies combineerbaar zijn.
Herinrichting overstromingsgebied Kruisem
Als proefproject zal de Provincie het ontwerp van het overstromingsgebied op de Stampkotbeek (OS245) aan de Moerasstraat in Kruisem tegen het licht houden. Er zal onderzocht worden of dit voormalige rietveld gecompartimenteerd kan worden ingericht waarbij het zijn bufferfunctie in kader van de bestrijding van wateroverlast blijft vervullen maar er tegelijkertijd in tijden van droogte water gecapteerd kan worden. De waterzuiveringsinstallatie van Aquafin in de buurt kan daarbij een troef zijn. Het effluent zou in droge periodes de watervoorraad mee kunnen aanvullen.
Vragen die in dit project ook aan bod zullen komen zijn:
- Op welke manier kan het captatiegedeelte op een zo natuurlijk mogelijke manier van het grondwater worden afgescheiden?
- Hoe kan het verlies aan water door verdamping beperkt worden?
- In welke mate blijft overstromingswater, dat bv. in de winter werd gestockeerd, gedurende enkele maanden voldoende kwaliteitsvol en bv. vrij van (blauw)algen?
- De opdracht werd gegund aan het studiebureau Irtas en zal het komende jaar uitgewerkt worden samen met onder andere de provinciale dienst Landbouw & platteland, het Provinciaal Centrum voor Milieuonderzoek, Aquafin en de gemeente Kruisem.
De opdracht werd gegund aan het studiebureau Irtas en zal het komende jaar uitgewerkt worden samen met onder andere de provinciale dienst Landbouw & platteland, het Provinciaal Centrum voor Milieuonderzoek, Aquafin en de gemeente Kruisem.